In mijn jonge jaren werkte ik een tijdlang als postbode. In ‘mijn wijk’ woonde ook een lid van de Hells Angels. Dat weet ik omdat op de ramen naast de brievenbus stickers prijkten met kreten als ‘Support your local Hells Angels, or else…’. En omdat op de stoep een Harley hinderlijk in de weg stond. En omdat er af en toe een vervaarlijk uitziend heerschap met een Hells angels-jack rondliep die mij dan dreigend aankeek. Ik moest mij altijd inhouden om niet angstig uit te roepen dat ik helemaal niet vind dat de Angels een criminele organisatie is. En dat die Harley geenszins in de weg stond. En dat ik als klein jongetje ook absoluut niet bij de politie wilde.
Overbodig te zeggen dat ik bij dat huis nog eens extra mijn best deed, nog een tweede maal controleerde of de adressering juist was. Ik zet namelijk graag een stapje extra als ik daarmee mijn leven kan redden. Met knikkende knieën en klamme handen bezorgde ik dan brieven van het incassobureau en de kinderbescherming. Af en toe schreef ik zelfs een vriendelijke briefkaart die ik dan ondertekende met een verzonnen naam, zodat ik niet boodschapper was van alléen maar slecht nieuws.
Ja, je gaat de gekste dingen doen in het aanschijn des doods.
Terugkijkend was het een mooie tijd. Je had het gevoel dat je leefde. Dat is het effect wat doodsangst op je heeft. Ik kan het iedereen aanraden.
Maar het was verspild angstzweet. Zelfs als je een pakket politiekleding bezorgt, nota bene bij het Angels-clubhuis, word je vriendelijk bedankt, waarna de heren het persoonlijk teruggebrengen. Nee jôh, geeft niks, kan gebeuren, even goede vrienden. De verzender heeft een fout gemaakt, jou treft geen blaam.
Hartstikke fideel, maar ondergetekende is ondertussen mooi wel weer een illusie armer. Jongens, bedankt!
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
1 opmerking:
Interesting website with a lot of resources and detailed explanations.
»
Een reactie posten