donderdag, september 28, 2006

Zijn woorden benne groot

Tijdens de Algemene beschouwingen typeerde Verhagen Balkenende als een ‘degelijke leider met degelijke resultaten.’ Dat past natuurlijk in de partijpolitiek. Binnen het CDA heeft men ooit besloten om Balkenende als betrouwbaar en koersvast in de markt te zetten. Zeer tegen de zin van Balkenende zelf. Die wil liever megalomaan zijn; fantaseert erover op onverschrokken wijze het burgergemoed aan te zwengelen met populistische retorica. De massa bespelen, dat is wat Jan Peter wil. Hij heeft zijn buik vol van de sleetse normen en waarden, van de eeuwige sterke schouders en zware lasten, van het zouteloze zoet en zuur.

Balkenende wil vlammen. Boos worden. En dan denkt hij niet aan de routineuze agitatie van iemand als Wolfgang Amadeus Wilders, maar aan de gracieuze en gecontroleerde woede die Bill Clinton onlangs liet zien op Fox. In het hol van de leeuw de vijand met open vizier bestrijden. Daar kan Wilders alleen maar van dromen, nadat hij ’s avonds tussen twee beveiligingsbeambten in slaap is gesukkeld. Maar voor Jan Peter is het een haalbaar ideaal.

Onlangs heeft hij al kunnen oefenen. In Afghanistan. Net toen daar onze jongens zich afvroegen waarvoor ze ook al weer hun leven aan het wagen zijn, stapte Balkenende uit z’n Airwolf om eens even een vurig betoog te houden. Alles liep op retorische rolletjes, totdat de tovenaarsleerling besloot om de leus ‘Dank je de koekoek!’ in de strijd te gooien. Die kende hij nog van oma. Deed het altijd goed, zo meende hij zich te herinneren. Helaas is het geen zinsnede waarmee je bonkige militairen inspireert tot grootse daden. Mannen die Rambo 3 eindeloos herkijken, er een fles petroleum bij leegdrinken en tandeloos lachen tijdens de martelscènes. Gelukkig staat de toespraak niet op Youtube. Dus is het nooit gebeurd. Maar de beteuterde gezichten van de soldaten staan JP nog altijd helder voor de geest.

Tijdens de Algemene beschouwingen zag Balkenende kans om zich te revancheren. Om eens ouderwets uit z’n staatsvaderlijke slof te schieten. Nu moet ik visie tonen, dacht hij vooraf nog, kom op tijger; denk groot! Dus toen een of andere linkse onverlaat over kleine lettertjes begon, ging hij los.

‘Ik begrijp niet waarom jullie er zo negatief en vervelend over doen. Laten we blij zijn met elkaar. Laten we zeggen: Nederland kan het weer: die VOC-mentaliteit. Over grenzen heen kijken. Dynamiek! Toch?’

Hoppa! De economie heeft nog niet aangezet tot herstel, of meneer begint al over de Gouden Eeuw. Dat is geen degelijkheid, dat is onversneden opportunisme. Van het soort waarop de groten der aarde het gebruiksrecht hebben. Zie je wel, hij kan het best. Dus kan iemand die man even flink boos maken, daar heeft hij recht op. En wij ook.

Geen opmerkingen: